Iedereen die met kinderen werkt kent momenten van handelingsverlegenheid. Opeens heb je geen idee meer hoe je het beste zou kunnen doen. Midden in de dagelijkse werkelijkheid lijkt het hele arsenaal aan kennis en opgebouwde ervaringen verdwenen. Dat wat je in de dag tegenkomt is grillig en onverwacht en valt niet binnen theoretische kaders. Dat maakt het lerarenvak zo uitdagend. Maar wanneer je opeens te maken hebt met een leerling die helemaal van slag is en niet meer voor rede vatbaar, is deze uitdaging minder enthousiasmerend.

 

                 

                                           1

 

 

Voorbeeld gedrag:

 

Leerkrachten en ouders leven actief voor hoe zij de onderlinge sociale verhoudingen graag vormgegeven zien. Op ouderavonden en in oudergesprekken is dit een terugkerend onderwerp van gesprek.
Het voorbeeldgedrag van de opvoeders werkt direct in op het gedrag van de kinderen. Als opvoeders onderling conflicten hebben dan heeft dit direct invloed op de leerlingen. Het buitensluiten van iemand of roddelen over iemand zijn hiervan andere voorbeelden. Hierover praten met elkaar of dit ervaren geeft begrip voor soortgelijke situaties in de klas.

Competenties die in het lerarenspel naar voren komen zijn bv.:

Aangeven waar je grenzen liggen - begrip en respect tonen voor anderen - een gezonde autoriteit zijn.